82 DE VREDE VAN RIJSWIJK. i) ..Kom daar nü reis om!” zoude men met den heer Dorbeen kunnen zeggen. in te halen, want van nu aan tot in het late najaar heerschte eene ongekende bedrijvigheid in de Residentie. Zonder ophouden wisselden de plenipotentiarissen over en weder ceremonieele bezoeken, of verschenen nieuwe gevolmachtigden ter Conferentie, die op plechtige wijze werden ingehaald. Eene niet alledaagsche vertooning was het ook, toen Lillieroot in de vergadering der Staten-Generaal verscheen, om kennis te geven van den dood zijns Konings. Om alle geschillen nopens hun rang te vermijden, onthielden bij die gelegenheid zich de overige diplomaten, maar de „karosse van Staet”, waarin de zweedsche ambassadeur naar het Binnenhof werd geleid, was desniettemin vergèzeld van een trein van bijna vijftig koetsen, beboorende aan den adel en de aristocratie des lands, waarvan niet minder dan achttien met zes, en twintig met vier paarden waren bespannen Op de kennisgeving van den dood des konings van Zweden werd een officieele rouw uitgeschreven, maar daardoor schijnt toch weinig stoornis te zijn aange bracht in den gang der feestelijkheden, waarvan het Congres vergezeld ging. Niet weinige der gevolmachtig den hadden hunne vrouwen bij zich en hielden open huis, waar steeds talrijk gezelschap te vinden was. Nog jaren daarna zoude in den Haag de herinnering levendig zijn aan de destijds gegeven festijnen. Een quasi-dichter uit dien tijd, die veel in de groote wereld verkeerde. Coenraet Droste, rijmelt er van

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1896 | | pagina 235