99 DE VliEDE VAN BIJSWTJK. Minder bezorgd was de openbare meening in Europa. Met dankbaarheid werd overal het bericht ontvangen van het einde van een oorlog, die zooveel offers had gekost en die zoo dikwerf gedreigd had met nieuwe woede weder op te vlammen. Wat de toekomst zoude medebrengen werd niet gevraagd; voor het tegen- Ranke, Englische Geschichte D. VI blz. 377. Klopp 1.1, blz’ 446. -■) Archief III blz. 248. De noodzakelijkheid om de zaak der Stuarts op te geven en over te gaan tot de erkenning als koning van Groot-Brittannie en Ierland, van hem, dien hij smalend „den kleinen heer i'cin Breda" placht te noemen, was voor Lodewijk XIV eene wezenlijke nederlaag. Ieder gevoelde dat, en daarom werd te Versailles de partij gekozen daarover maar liefst niet te spreken. Doch daarmede kon geen afbreuk worden gedaan aan den triomf van Willem UI. Deze had het doel bereikt eener inspanning van vijfentwintig jaren zijn hoogmoedige tegenstander was voor hem teruggeweken. Maar door die zegepraal liet hij zich niet verblinden. De goede God" zoo schreef hij aan den Raadpen- pensionaris „wil de gesloot en vreede zegenen en ons dien lang in zijne genade eontinueeren" maar „lek beken dat de manier mij niet iceynigh en bekommert voor het toekomende." 2) Met staatsmansblik voorzag hij dat een vrede niet van langen duur zoude kunnen wezen, bij het sluiten waarvan het voornaamste vraag stuk, waarover men diet eens diende te worden de regeling nl. der Spaansche erfopvolging voorbe dachtelijk onaangeroerd was gelaten.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1896 | | pagina 252