II
II - II
CONSTANTIJN HUYGENS TE PARIJS
(1661 1665).
Toen de Redacteur van het Jaarboekje het verzoek
tot mij richtte in dezen jaargang eene kleine bijdrage
te geven over Constantijn Huygens, heb ik er een
oogenblik aan gedacht uit de werken van den dichter
eens alles bijeen te brengen, wat hij heeft geschreven
over zijne woonplaats, „Het Dorp der Dorpen”,
-.De rondom groene Bueit. het rondom steenen Hout.
De Boers verwondering, al komt hij uyt het woud,
De Stémans steedsch vermaeck, al komt hij uyt de mueren".
Maar de overtuiging, dat Huygens’ liefde voor Den
Haag aan ieder bekend is, en de hoop, dat zij, die
dikwijls van het schaduwrijke lommer van den b'che-
veningschen weg genieten, althans een enkelen keer
er aan denken, dat hij het is geweest, die het plan
voor dien weg heeft ontworpen en doorgedreven, hield
er mij van terug uilen naar Athene te brengen.
Liever wil ik dus iets meedeelen over een vrij onbe
kend tijdperk van zijn leven, een tijdperk, waarin hij
zich, wegens eene jarenlange afwezigheid uit het
vaderland en uit zijne geboortestad, eenigszins als
balling beschouwde, een tijdperk tevens, waarin hij
zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt voor het Huis
van Oranje.