157
DE KOMST VAN HET SPAAKSCH GEZANTSCHAP, ENZ.
Toen nu in April van het volgend jaar het Bestand
werd gesloten, ontbrak het in die dagen niet aan de
noodige verzen op die gewichtige gebeurtenis, waarvan
we hier eenige dichtregelen laten volgen
Daer na quam Spinola in 's Graven Hage
Hij hiel daer huys als een kleyn Coninc fijn,
Het Bestant mocht hij excel ent verdraghen
Sij sonden hem uit Brussel gelt, goet seer tijn,
De tijt was uit, zij maecten bestant weder,
De somer quam maar wij en hadde geen leger.
Den Heer bewaer den Prince va Nassouwen,
en de ooc mede ons Nederlantsche Staten
dat se altijt haer goede geloove moete houwe
Soo wil den Heere dese Landen niet verlaten
Want hij behoedtse die daer vreesen sijn name,
Wilt se beschermen altijt o Heere, altsame.
Ook verscheen er een Ordonnantie van de Staten-
Generaal aan Burghemeesteren ende Regeerders der
Steden enz tot een alghemeynen dancksegghinghe en
de Bededach den 6en May 1609 ter gelegenheid van
het besluyten van een Bestant van twaelf jaren, 22
Apriles 1609. 2)
Zoo was dan het tijdstip voor de zeven provinciën
aangebroken, dat voorloopig een eind maakte aan den
gedenkwaardigen 80-jarigen oorlog. In plaats van
armoedig en gedemoraliseerd te zijn, vertoonde zich
onze natie als herboren, door zedelijk, kloek en sterk
uit het strijdperk te zijn getreden na een 40 jarigen
kamp voor de vrijheid!
's-Gravenhage. C. Gijsbehti Hodenpijl.
b Pamflet 1623. Kon. Bibliotheek.
-> „Betaelt de gemeene broeders van Retorica de sonime van twin-
ticli ponden zes penningen over doncosten by henluiden opte Trium-
phe van de Trefves gedaen” (Tresoriersrek.) (Redactie.)