4 ONZE PLICHT. P. ZWAKT. DE RIDDERZAAL; uit Hofwyck VAN C. HUYGENS. Dat einde is ook uw eind, Die Haghe, Na d’ arbeid leeft gij zelf niet meer; Maar ook dat stervensuur versage U niet; liet brengt u stervenseer. Onsterflijk zal uw glorie leven In ’t woord, dat op uw graf zal staan Ik heb, naar ’t doel mij voorgeschreven, Mijn plicht, geheel mijn plicht voldaan. „Denckt aen het hoogh' gebouw van balcken verr gebrocht Dat geen vervuyl en kent van Spinnewebs gedrocht Denckt aen het trots gewelf van Hollands oude Heeren, Daer duysend Menschen daeghs en dusend in verkeeren, Daer dack, en muren toe, gekropt zijn met den pracht Van Spaensche Vendelen by Wilhem t’huys gebracht. Bij Maurits menighmael, bij Frederick om ’t beste, Bij Wilhem ander mael.” (Zoo w'os het; het worde weer zoo

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1897 | | pagina 174