69
CONSTANTYN HUYGENS ALS CHRISTEN.
J) Ghebruik ende ongebruik
2) Zóó in zijn gedichten over
3) Vita Propria. Boek II., naar
4) Gebruick ende onghebruik van
5) O. a. door Busken Iluet, het Land
heeft de hoopers ende verkoopers ten heiligen deuren uyt
gedreven ten tijde van ’t eerste uyt-roeyen der Roomsche
dolinghen", schrijft hij J). Daar is zelfs eenige bitterheid
in zijn klacht, dat de waarheid van het Evangelie
Gods echte kinderen met list verduisterd wordt,
Met laster wordt ontzegd;
Ja, een enkele maal gebruikt hij het min edele wapen
van spotternij niet het Roomsche geloof.2) Deze houding
kan ons echter niet verwonderen als we denken aan den
tijd waarin hij leefde. Het had heel wat strijd gekost eer
de vrijheid van godsdienst was verkregen. En die strijd
was nog niet lang genoeg voorbij, om vergeten te zijn.
De scherpe punten waren nog niet afgesleten en in zulken
tijd kan er van de rechte onderlinge waardeering nog
geen sprake zijn. Zijn ouders leefden nog midden in dien
strijd 3) en de opvoeding, den zoon gegeven, moest daar
van de sporen dragen. „In openbaere partijschap tegen
de Roomsche gesintheid ben ick God lof, geboren, ge
ve edt ende getucht ende hope daerin dit leven te ein-
dighen”, schrijft Huygens. Wij mogen hem daarom
niet hard vallen, zooals wel eehs gedaan is, 5) maar
hebben het woord van Madame de Stael ons te herinneren
il faut juger les écrits en wij voegen er bij, ook les
personnes d’ après leur date. Huygens was een kind
van zijn tijd, dat is een echt geuzenkind. Als bij het
beleg van Grol een vijandige kanonskogel de Roomsch-
van ’t orggel bl. 2.
het avondmaal.
de vertaling van Loosjes.
’t orghel bl. 44.
van Rembrandt II bl. 195 verv.