74 Hofwyck bl. 541. I CONSTANTYN HUYGENS ALS CHRISTEN. Hij kon zich, allerminst vinden in de vervolging der contra-Remonstranten, het .zeer van Achtien.” Trouwens hij was een man des vredes van huis uit. Daarom vond het godsdienstonderwijs van Eglisemus zoo weinig ingang bij hem. Dat voortdurend veroordeelen van anderen, die onophoudelijke polemiek strookte niet met zijn inborst en hij betuigt er zijn hartelijke blijdschap over, van dat onderwijs eindelijk ontslagen te zijn. Na maanden oef'nings in dit strijdperk ging mijn geest Bijna tot walgens toe aan dezen disch ter feest. Onder de genietingen, die het leven op Hofwyck hem bood, behoorde niet ’t minst, dat het kerkelijk gekibbel van zijn dagen niet meer tot hem doordrong, hetgeen hij in den Haag niet had kunnen ontwijken. In 't drukke van den Haag verdragen wij ’t bij tijden En dragen met geduld al wat men daar moet lijden En staan ons’ poos te roer en vinden in ’t krakeel Wel tegen heug en meug ons aangezochte deel En zien ons nieuwen haat voor oude dienst bestellen En met gerokten vloek voor vroome meening kwellen, Hier zijn we op Hofwijk, schuw van al dat hooft en haagt En al dien d’onvreê lust en dien de vree mishaagt, Mishaagt onz’ broederschap, die zonder êek en alsem Naar waarheid, en niet meer, der zielen eigen balsem, Door zoete wegen speurt en houdt geen onderzoek Haar moeite waardig dan Gods een en ander Boek. Een vredelievend man was deze dichter, die „gruwelt voor krakeelen, als voor ontstemde veêlen,” en wiens karakter door hem zelven zoo juist en schoon geteekend is

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1897 | | pagina 250