75
CONSTANTYN HUYGENS ALS CHRISTEN.
9 Vita propria lie Boek.
2) Sneldicht Xlle Boek. bl. 169.
3) Biddachsbede.
man bij cl’ ooren,
’t heilig Brood en Wijn;
Niets is zoo dierbaar als de vrede aan mijn gemoed;
O, ja, zoo streelend is voor mijne ziel zijn zoet;
Getuigt het Landgenoot, getuigt het vreemdelingen,
Dat ik zelfs tegen dank den vrede u op zou dringen
’k Wil dat wie mij ook hate, in haat niet meerder gloei,
Althans ik haat hem niet, daar ’k allen twist verfoei.
Inderdaad, allen twist verfoeide hij, daarom trad hij
met kracht op tegen predikanten, die den kansel mis
bruikten om hun tegenstanders te bestrijden en af te
breken in plaats van de gemeente te stichten. Er spreekt
heilige verontwaardiging in de vermaning, die hij zulken
strijders toedient
Gjj, die de kerk in hebt en alle
Ei, helpt ons aan de vrucht van
Verkondigt ons wat rust kan stichten en niet storen
En laat Gods preekstoel niet der menschen breek-stoel zijn.2)
Het was Huygens’ ideaal, eenheid te brengen onder
alle geloovigen. Wanneer zou de tijd komen,
Dat Israel aan Juda werd verknocht,
En beide aan eenen disch hun zielen willen spijzen
Achzal de zon nog rijzen van zoo gewenschten dag 3)
Zoo vroeg hij en met verlangen zag hij uit naar den
tijd, waarop Jezus’ woord in vervulling zou gaan en alles
„één herder en één kudde” zou wezen”. Daartoe moest
ieder meéwerkendaaraan alles dienstbaar gemaakt worden
daarvoor ging zijn gebed op tot God: