126 HET HUYGENS-HUIS IN HET VOORHOUT. de terugkomst van haar zoon een Jorïssen. Huygens Studiën p. 190. niet meer nagaan, nu einde aan hare correspondentie maakt. Constantijn heeft tot zijn huwelijk in 1627 hij zijne moeder ingewoond. Onvruchtbaar zijn die drie jaren voor zijn literairen arbeid niet geweest. Kort na zijne terugkomst zette hij zich aan het werk om zijne verspreide gedichten, waar aan hij nog verscheidene toevoegde, te verzamelen, die in Mei 1625 onder den titel van „Ledige Uren” het licht zagen. Kort daarop werd hij benoemd tot secretaris van Prins Frederik Hendrik. Het eerste jaar waarin hij dat gewichtig ambt bekleedde, bracht de Prins in den Haag door, zoodat moeder Susanna in het ongestoord bezit van haar Ben jamin bleef, en toen de Prins in Juli 1626 naar het leger vertrok, kon zijn secretaris hem niet volgen daar hij met zware koorts te bed lag. De ongesteldheid schijnt van ernstigen aard te zijn geweest, want ondanks de zorgzame verpleging van moeder en de beide zusters, dorst hij eerst den 8en September de reis naar het leger, dat te Millin- gen lag, ondernemen, Een paar maanden later, toen de veldtocht ten einde was, en zijne moeder hem met open armen weer ver wachtte, zien wij den jeugdigen secretaris in plaats van naar den Haag, waarheen de Prins zich begeven had. naar Amsterdam trekken. Een magneet die sterker was dan het ouderlijk huis, had hem voor een paar dagen tot zich getrokken. Constantijn, die zich steeds aan den bekoorlijken in vloed der schoone sekse had weten te onttrekken, en zelfs van zijne vrienden den naam van vrouwenhater gekregen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1897 | | pagina 302