195 HUYGENS1 HOFWYCK TE VOORBURG. doorliep, werd nu geheel vernield en de laatste herinne ring aan den grootschen aanleg uitgewischt. Gelukkig evenwel bracht de vetfabriek den snooden eigenaars geen winst op, en werd het jammerlijk gedela- breerde buiten voor een gedeelte op 24 Aug. 1844, en voor het overige deel op 13 November 1845 opnieuw verkocht. Hofwyck kwam nu in handen van een der participanten der fabriek, Jhr. Edgard Tiarda van Starkenborgh Stack- houwer tot Wehe in tweede huwelijk met Cornelia Petronella Hermanna Thooft gehuwd. Jhr. Starkenborgh was eveneens fabrikant, en woonde op de hofstede Rustwijk onder de gemeente Stompwijk. Het gevaar dat Hofwyck opnieuw aan eene industrieele onderneming opgeofferd zou worden, was evenwel voor goed afgewend, want onder de koopvoorwaarden werd bedongen „dat noch de kooper, noch zijne successeuren in den eigendom der in deze overgedragen grond op het verkochte zullen mogen stichten eene fabryk van smelting van vet, oly en zoo voorts, noch tot het fabriceeren van gaz, kaarsen of andere lichtgevende voorwerpen hoege naamd, noch op dat terrein direct of indirect eenigen handel en eenig voorwerp van dien aard mogen uitoefenen.” Spoedig evenwel dreigde een nog grooter gevaar, want 10 April 1849 werd Hofwyck in verschillende perceelen geveild, en werden de gebouwen afzonderlijk voor afbraak verkocht. Zoon van Ludolf Tjarda v. Starkenborgh en Alegonda Susanna van Echten, ged. 25 Juni 1797. huwt: 1°. 16 Mei 1820 Aleida Warmoldina Lamberta. dochter van Jacobus Nicolaas Talma, geb. 9 Mei 1800. overleden te Wehe 7 Febr. 1830. 2Ü, Cornelia Petronella Hermanna, dochter van Henricus Sebastiaansdr. Thooft. geb. 14 Aug. 1807. Uit beide huwelijken 6 kinderen. -Zie Stamboek Frieschen Adel door de Haan He'ttema en Van Halmael p. 377.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1897 | | pagina 374