303 HET HAAGSCHE BOSCH. en wendde zich de zorg der ouders meer tot de opvoeding van de vijf kinderen, terwijl Frederik Hendrik zich ook bezighield en van de oorlogsbeslommeringen afleiding zocht, met het ontwerpen en bouwen van enkele buiten verblijven. Daaraan waren te danken het Huis te Rijswijk, door het sluiten van den vrede van 1697 bekend, voorts het lusthuis te Hondsholredijk, beide thans onbegrijpelijker wijs volkomen verdwenen, ofschoon een bouwmeester als Jacob van Campen en een raadsman als Johan Maurits van Nassau, de Braziliaan, niet tevergeefs hunne bekende bekwaamheid en kunstzin daarbij hadden ingespannen, en standbeelden en meesterstukken dér schilders die kasteelen inwendig, schoone lustwaranden uitwendig sier den, zoodat ook buitenlanders die uitbundig bewonderden. Ook het aan Oranje behoorende kasteel der Graven van Buren (welke titel nog door onze Vorstelijke familie op reizen wordt gebezigd) werd gerestaureerd, en dit was geene kleinigheid, want eene galerij van 78 voet lengte strekte tot onderlinge verbinding van de prachtige triumf- zaal en de 170 overige vertrekken; met van Campen ontwierp de Prins al de verbeteringen en had de vol doening dat Amalia er dikwerf den zomer doorbracht deze heerlijkheid is ook door sloopershand verdwenen. Het tegenwoordig paleis in het Koordeinde werd toen maals gebezigd tot tijdelijk verblijf van Vorstelijke gasten terwijl het Hof de stadhouderlijke kwartieren aan het Binnenhof bewoonde, doch het zoogenaamde Oude hof voormeld paleis was door den Prins bestemd tot ver blijf voor zijne weduwe en onderging dus voortdurend verfraaiing ook wat de stoffeering betrof, en dat zulks met smaak geschiedde blijkt uit het oordeel der Fransche Koningin-moeder, die bij een bezoek in 1638, zoozeer getroffen was door de pracht der meubileering dat zij

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1897 | | pagina 484