332
O
HET HAAGSCH VERDRAG VAK 1795.
gebeurtenis door de Representanten van liet Fransch Ge-
meenebest en die van onzen Staat eene prachtige maaltijd
gehouden”.
„Alles, zoo schreef de redactie verder, „weêrgahnt alhier
van een vrolijk gejuich en vreugde schoten, terwijl alle
weldenkenden elkander met dit voorval, waarvan het heil
van geheel ons Vaderland ten vollen afhangt; op het
hartelijkst geluk wenschen”.
De belofte werd tevens gedaan om in een volgende
Courant op de bijzonderheden terug te komen.
Nu die belofte werd vervuldten volle zelfs vervuld,
en om een klein staalt je te geven van het dwaze enthousiasme
dier dagen, moge dienen een brokje uit de zeer toege
juichte rede van den burger-representant Hahn ter ge
legenheid van het niededeelen van het Tractaat van
Alliancie, uitgesproken
„Men houde in het oog onder welke omstandigheden,
en op wat tijdstip het tractaat ontworpen en voltooid is.
Een tijdstip, Burgers, zonder wedergade in onze Ge
schiedenissen en waarvan ik God bid, dat onze vrije
nakomelingen het ontweken gevaar eens met dankbaarheid
zullen- vermelden. Immers, wij moesten handelen in den
rampzaligen staat van verwarring, uitputting en verlamming,
waarin het vorig bewind alle de zaken van het land heeft
gelaten, en welken staat onze buiten en binnenlandsche
vijanden en belagers steeds hebben trachten te verergeren,
en reddeloos te niaaken. En met welke mogendheid moesten
wij handelen Ja Repraesentantenhet was met de vrjje, met
de edele Franschenmaar waren deze niet te gelijk het
machtigste volk des aardbodems? Hadden ze niet een
geducht heir midden onder ons Hong het niet enkel
van hunnen wil af om ons geheel en al te bemeesteren
Hadden zij niet in hunne moeilijke komst naar deze