363 HET JACHTSLOT TER HORST, ONDER WASSENAAR. en Agnes van Duvenvoorde, dogter van Arent van Duven voorde en van N. van Crayenhorst. Zie van Leeuwen, Bat. Must. p. 1053 en 1153. Dat dit de intentie van Dirk geweest is vind te meerder ingang, also er naderhand tusschen den voors. Dirk en Philips, den gemelden Arend van Damme’s zoon, over het voors. verly, Dirk weder in de possessie zijner goederen door den Grave gesteld zijnde, verschil is ge- resen, dat by uytspraak van Hendrik Gerrits van Heem stede, Hendrik Arends van Duvenvoorde, Ridders, en Fooyken Willemszoon, Philips van der Does, en Philips van Tetrode, knapen, gedaan te groote vastenavond 1371 is getermineert, en daarbij verstaan geworden, dat die Burggraaf hebben zal die woninge ter Horst, met alle zijn toebehooren, als 't Arend van Damme van den Burggrave helt te leene, en die handvest daarop begrepen heeft, als te zien is bij de originele acte van uytspraak, op pergament geschreven, berustende onder de papieren van ter Horst in het pakket gequoteert met de letter A, en aldaar geannexeert aan No. 2, waarvan copie hier- agter gevoegt is sub litt'. H. Philips van Wassenaar, oudste zoon van Dirk de derde van Wassenaar en Magtild Oem Vrouw van Barendregt. ten huwelijk tredende met Marie Harm Jans dogter van Egmond, wierd van zijn vader bij huwelijksche voorwaarde gelooft hem jaarlijks te sullen geven vier hondert pond Hollands. Dirk Philips vader bij bovengemelde uytspraak weder in de possessie van ter Horst gesteld zijnde, heeft voor de voors. vier hondert ponden Hollands ’s jaars gem’. zijnen zoon gegeven en bewijst zekere goederen en daar onder die woninge ter Horst met allen haaren toebehooren sonder den veen aldaar, als te zien is bij het handvest

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1897 | | pagina 546