52
Mr. Heydenrijck.”
portretten te
nwezigen be-
om aan de vereeniging ..Die Haghe’’ toestemming te geven tot deze
huldiging van den Oranje vorst. Spreker knoopte aan die woorden
vast eene herinnering aan hetgeen de Oranje’s van Nederland steeds-
zijn geweest en een opwekking om dit steeds te vergelden.
Hierna bracht spr. dank aan den Burgemeester van Delft voor den
verleenden steun als commissaris van den grafkelder der Oranje’s.
De Gravenstad zeide spreker groet gaarne de Prinsenstad,
vooral op dit oogenblik, waar de sympathie voor het Huis van
Oranje beide steden tot elkander brengt. Spreker vleide zich dat,
indien de hulde, heden gebracht, het aanvangspunt mocht zijn van
het in de toekomst doen verrijzen van een standbeeld voor Prins
Frederik Hendrik, dat beide steden dan ook hand aan hand zullen
gaan en de geboortestad van den Prins met dezelfde geestdrift zal
bezield zijn voor dit denkbeeld als ’s Gravenhage, dat den Prins tot
woonstede verstrekte.
Het orgel-programma werd daarop voortgezet met het nommer
„Bergen-op-Zoom,” dat, gelijk ook nog door voorzitter werd opge
merkt, een der schitterendste daden van den Prins in herrinnering
bracht.
Voorts bracht hij dank aan kerkvoogden en kerkeraad en vooral ook
aan den heer Kethel, den organist, wien namens het bestuur een
lauwerkrans werd aangeboden.
Buiten de grafkelders werden nog de verschillende praalgraven
der Oranje’s, even als het monument van Canova belangstellend in
oogenschouw genomen onder de tonen van het „Wilhelmus”, waarmede
deze plechtigheid, die veel indruk maakte, en voor’t initiatief waarvan
het bestuur van „Die Haghe” werkelijk hulde verdient, eindigde.
Tijdens de plechtigheid ontving de voorzitter het volgende telegram
van den Staatsraad Mr. C. J. A. Heydenrijck.
„Mijnheer Servaas van Rooyen
Voorzitter van „die Haghe”
Nieuwe Kerk, Delft,
Lid van „die Haghe” vereenig ik mij ten volle met uw huldebetoon.
Uit de graven der Oranje’s verrijst een nieuw hunner waardig geslacht.
Voorts dient nog vermeld, dat Burg, en Weth. van Delft, aan het
bestuur van „die Haghe” vóór den aanvang der hulde ten Raadhui ze
een lunch hadden aangeboden, waarna het bestuur in de gelegenheid
werd gesteld in het stadhuis merkwaardige prenten en
bezichtigen. De burgemeester schonk aan ieder der aanwezigen be
stuursleden van „die Haghe” 1 Ex. van het werkje: „Beschrijving
der Vorstelijke Graftomben enz.”