8
EENE VOBSTIN VAN BETEEKENIS.
behoeftige kinderen, alle inrichtingen die het algemeen
aanzien genieten, en der bevolking tot zegen strekken,
vooral in verband met de welingerichte „Gemeindepflege”,
eene geheel persoonlijke schepping der Groothertogin,
welke door het stationeeren van pleegzusters in de
grootere gemeenten, ook aan het platte land de zegening
eener zieken- en armenverpleging ten deel doet vallen,
en daardoor er mede naar streeft eene groote oorzaak
van landelijke misstanden weg te nemen.
In hare laatste levensdagen was nog de stichting
eener Volksheil statte” een onderwerp harer ernstige
overweging.
Op gelijke wijze als voor dit deel van het volks
welzijn, was zij werkzaam voor de beschaving en de
opvoeding in hoogeren zin. Naast de kinderbewaar-
scholen en de industriescholen voor meisjes, hield zij
de aandacht zeer gevestigd op huishoud-en kookscholen.
Ook aan de ambachtsscholen voor jongens, aan de
nijverheidsvereenigingen en andere dergelijke genoot
schappen van algemeen nut, schonk zij hare volle
belangstelling, en trachtte hunne werking te ontwikkelen.
Hierover, alsook over de door haar gestichte „höhere
Töchterschule” Sophienstiftmeer uit te wijden, zoude
te ver voeren.
Doch het zij nog vernield, dat de werkzaamheid der
Groothertogin op het gebied der volkswelvaart ook
eene opvoedende kracht had, omdat zij, berustend op
gezonde volkshuishoudkundige beginselen, de eigenhui])
als uitgangspunt nam voor hare handelingen, en als
vast aannam, dat zorg voor welvaart niet sprongs
gewijze of willekeurig, maar steeds naar vaste grond
regelen en systematisch moet geschieden.
„Methode, Systeem” waren altijd de fundamenten