31
NAAK AANLEIDING VAN HET 25-JAKIG BESTAAN, ENZ.
te bevorderen; en het is daarom dat wij wenschen
voort te gaan, met het onderwijs onzer school steeds
meer en meer dienstbaar te maken aan voorzegd doel;
onder aanbeveling bij allen, die ons daarin met raad
en daad kunnen bijstaan. Hoe meer steun en mede
werking daarvoor wordt verleend, hoe meer uitbreiding
aan dat onderwijs kan worden gegeven, des te meer
vakken en vakbeoefenaars daardoor zullen worden gebaat
en hoe minder het bezwaar wordt dat het ambachts-
onderwijs, zooals de Ambachtsscholen dit geven, niet
in de behoeften van alle vakopleiding kan voorzien.
En wat nog dit bezwaar betreft, vergete men niet, hoe
ook daarin reeds tot op zekere hoogte door ons werd
voorzien door de toevoeging aan de Ambachtsschool
van de Burgeravondschool”.
Daarbij beraamde het Bestuur later nog een maatregel,
om aan dat bezwaar tegemoet te komen. In zijn jaar
verslag van 1890 is daarvan het navolgende opgeteekend:
„Bij den aanvang van dezen cursus werd een begin
van uitvoering gegeven aan een sedert geruimen tijd
gekoesterd denkbeeld om met het Ambachtsonderwijs
ook andere leerlingen van dienst te zijn, in vakken
die de school niet practisch onderwijst.
Daartoe verzocht het Bestuur den Directeur, zich in
betrekking te stellen met eenige erkend bekwame
patroons, de volgende vakken vertegenwoordigende
kunstdraaien, loodgieten en zinkwerk, koper- en
blikslagerswerk, boekbinden en kartonwerk, boek
drukken, schoenmaken, kleermaken, kuipen, wagen-
maken, pianomaken, steenhouwen, instrumentmaken,
hoefsmeden, goud- en zilversmeden en andere fijne
metaalbewerkingen en mandenmakenmet dit voor-
loopig gevolg dat overeenkomsten werden gesloten