55
NAAK AANLEIDING VAN HET 25-JAH1G BESTAAN, ENZ.
de
jaren sterk klimmend getal der gezamenlijke leerlingen.
Dat juist omstreeks 1883 en ’93 de snelste klimmingen
plaats grepen, wettigt het vermoeden dat niet ’t minst
de toen tot stand gekomene uitbreidingen van onderwijs
en lokaliteit daartoe het hare hebben bijgebracht.
De opmerkelijke dalingen van de. lijn b in de jaren
’83’86, ’90 en ’91 schrijf ik toe aan de malaise,
welke zich in die jaren bijzonder in de bouwvakken
openbaarde; waarmee gepaard ging een toenemende
vraag naar opleiding voor machinebankwerk, getuige
de klimming van de lijn g. Dat deze lijn in ’93 weer
daalt, is te verklaren uit de splitsing, die toen in het
onderwijs voor metaalbewerking werd gemaakt (zie de
lijnen h en i). Neemt men deze bij de vorige op, dan
blijft de lijn g rijzende (zie g").
De uitbreiding van het smeden en machinebankwerk,
met afzonderlijk onderwijs in koper-, zink- en lood-
bewerking, met toepassing op gas-, water- en electrische
geleidingen, en met aanvulling van eenig onderwijs in
instrumentmaken, is gedaan, eensdeels met 't oog op
het geringe arbeidsveld dat onze stad (met weinig
fabrieken) aan machinisten en machinebankwerkers biedt,
andersdeels niet ‘t oog op de toenemende vraag naar
werklieden in de electro-techniek, de rijwielreparatie
en dergelijke bedrijven.
De vakken cl en e toonen een kalm verloopalleen
bij is in de laatste jaren daling tot beneden het
beginpunt te bespeureneen verschijnsel dat ik niet
verklaren kan, omdat onze oudleerlingen-beeldhouwers
bijna zonder uitzondering met succes in hun vak werk
zaam zijn.
De lijn heeft betrekking op de vakken op bladz. 32
genoemd. Blijkbaar heeft tot dusver de poging, om d„
