94
HET SPREKENDE DEN HAAG.
Vivarium. Warande.
Weleer werd menigwerf hier ’t doel voorbijgestreefd,
Thans heeft men ’t doel bereikt en is tevreden.
Moenia arboribus consita. Wall-Oingel.
Wie zich onwetend hierheen, begeeft naar de brandende
muren,
Wete dat hier onlangs schaduw gekomen is.
Evenals Phaetons graf door eeuwig groenende kransen,
Hem door de zusters gewijd, blijft verborgen voor ’t oog
Zoo ziet men hier nu de lans, die geveld werd tegen
de Belgen,
Toen zij ons dreigden onlangs, lieflijk omwonden met
groen.
Muren met boomen beplant. In 1629 zijn de wallen aangelegd.
De wonden door den viervoet mij geslagen
Hebt gij o tweevoet ras hersteld.
Mijn roem is tweeerlei. Dat waar nu menschen wonen,
Eertijds een woonplaats was der beesten van het veld.
Via curruum. Wagen-straet.
Als Spanje ligt geknot, de hertog op zijn wagen
Als overwinnaar keert, leid ik hem in de stad.
Trekt hij naar ’s vijands kust met tal van kloeke schepen
Dan voert de Wagenbrug hem weer naar 't oorlogspad.
Door ’t vaderland en ’t dorp gelijkelijk geroemd
Wordt mijn naam in den vreemde in d’eerste plaats
genoemd.