134
A HIJ VAN DER SPUIJ.
alwaar zijn zoon overleed, Dekkerslaan op Meerdervoort,
alwaar thans in de v. d. Spieghelstraat de Groen v.
Prinstererschool is, op Zorgvliet, en aan de Nassau-
laan 19. Van daar vertrok hij, op 86-jarigen leeftijd,
in 1867, met zijne dochter Louise, naar Acheren in
het Groot Hertogdom Baden, waar hij bij zijne gehuwde
dochter, mevr. Helbing, zijne laatste levensdagen
wenschte te slijten.
Maar zulke oude boomen laten zich niet meer ver
planten. Reeds den 18 Maart 1868 overleed hij aldaar,
nadat ook zijne dochter Louise hem 8 maanden vante-
voren was voorgegaan.
Onze taak is hiermede teneinde. Wij hebben, naar
onze beste krachten, getracht het leven te schetsen
van een der merkwaardigste mannen die het laatst
der vorige en de eerste helft der tegenwoordige eeuw
in ons vaderland hebben opgeleverd, van een man wiens
wedergade schaars zal worden aangetroffen, wiens
rustelooze werkzaamheid en ijver door weinigen zal
worden geëvenaard.
Ons ’s-Gravenhage heeft veel, heeft ontzaglijk veel
aan dien man te danken. Niet alleen moet hier ons
beroemd Haagsche Bosch worden genoemd, dat aan
zijne scherpzinnigheid zoo veel verplicht is. maar ook
zijne verdere werken in en buiten de stad, die allen
der gemeente ten goede kwamen.
Verdient nu deze man niet meer dan vele anderen
dat zijne nagedachtenis, doorliet eene of andere gedenk-
teeken, bij voorkeur in het Haagsche Bosch, aan de
vergetelheid worde ontrukt? Zou ’t niet te betreuren
zijn, als de naam van den genialen van der Spuij voor
de nakomelingschap verloren ging En toch zou zulks