176
IETS OMTRENT DEN HAAG, ENZ.
i) Van Spaen, Inleiding tot de Historie van Gelderland, II. bl. 265267.
hinderen, tot verkrijging waarvan heer Symoen van
Teilinghen ende meester Clays Stuyc an den paeus reden.
Hertog Reynald, niettegenstaande den tegenstand van
vele zijner bloedverwanten, die hem om staatkundige
redenen eene andere vrouw wilden opdringen, zette zijn
huwelijk door met Maria van Brabant, zijne eerste
verloofde, en jonkvrouw Isabella reikte hare hand aan
een telg uit het huis van Vlaanderen, wien zij echter
reeds in den bloei der jaren ontviel, zonder hem kinderen
te hebben geschonken
De rekeningen uit dat tijdperk geven mede hier en
daar eenig licht omtrent den toestand van het hof
in die Haghe en van het vlek dat zich daaromheen
ontwikkelde. Na al hetgeen in het voorgaande jaar
aan het slot -verricht was, bleef er in den winter van
1344 weinig te doen, maar er was toch ook weer
eenige tymmeringhe binnen hove, en, even als vroeger,
moesten nu ook weer de benoodigdheden daarvoor van
elders, uit Dordt en Utrecht worden aangevoerd.
Een nieuwe toevoeging aan het bestaande complex”
van gebouwen was het lewen huys, dat, naar het schijnt,
opgetrokken werd van hout, dat in het Haagsche Bosch
was gevallen. Welke de herkomst van die leeuwen
was, blijkt nietwaarschijnlijk waren zij den Graaf
ten geschenke gezonden. Trouwens het houden van
wilde dieren op de kasteelen van vorsten was in dien
tijd geene zeldzaamheidmen schijnt de aanwezigheid
van zoo ongewone gasten toen als een bewijs van
macht en aanzien te hebben beschouwd. Heel gevaarlijk
zullen de leeuwen van den Graaf, of althans een daar-