209 HET HUISGEZIN VAN DEN RAADSHEER. 14 tegenwoordige. genezen zijn voorgeslacht ontsierden. Amsterdam, April 1896. plaatsen, die aantoonen, dat de uiterlijke omstandigheden heel veel te wenschen overlieten, en dat die onspoed niet de loutering had aangebiacht, welke daarvan ge woonlijk het heilzame gevolg is. Van mevrouw De la Ferté, die eindelijk de hoofdpersoon wordt, gist men, misschien volkomen juist, dat zij hier te lande in ar moede gestorven is. Hare kinderen raken uit het oog in eene omgeving, die geene geschiedenis heeft; zelfs de familienaam dien zij zelve draagt, moge hier nog voorkomen, maar dan behoort hij aan een haar vreemd geslacht. Er is wel eens geklaagd over de schaarschheid van zoodanige gedenkschriften en aanteekeningen, die ons nader zouden bekend maken met het bijzonder leven onzer vroegere maatschappij. Toch geven velerlei be richten, al zijn zij zeer verspreid, meer aanwijzingen omtrent het inwendig zijn der vaderen, in ons land en in de koloniën, dan men algemeen wel vermoedt; zij zijn evenwel moeilijk bijeen te brengen en de na- sporingen worden slechts zelden beloond met een tafereel van verheven karakters, die zich aan ons openbaren. De oude maatschappij in ons land en in het zuidelijk halfrond had hare sterke lichtzijden, maar ook even donkere schaduwen. Het is eene natuurlijke, en daarom gewone dwaling, te meenen, dat de vroegere tijden beter zijn geweest dan de tegenwoordige, en omgekeerd, dat wij thans volkomen genezen zijn van de wondeplekken die het

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1898 | | pagina 396