98 HET HUWELIJK VAK PRINS WILLEM II. alwaar zij door Amalia van Solms en de dames liarer hofhouding’ werden ontvangen en naar de voor haar bestemde en met buitengewone pracht ingerichte ver trekken werden gebracht. Nauwelijks hadden zij eenige ©ogenblikken van haar vermoeiender tocht kunnen uit rusten, of de Staten-Generaal meldden zich ten paleize aan, om Haar op de boven omschreven wijze te komen begroeten, en hiermede was de lange dag ten einde. Den volgenden dag was het de beurt van de Staten van Holland om de Vorstinnen te begroeten, en nu wenschte ook de Haagsche Magistraat de gelegenheid te hebben, om de Koningin en de Prinses Royal bij haar aankomst in de residentie te verwelkomen. De Schout en baljuw Jonker Quintyn de Veer sprak er den heer van Heenvliet over, die na het gevoelen van Frederik Hendrik te hebben ingewonnen, de heeren uitnoodigde om den 15™ Maart ’s namiddags te 2 uur op het Oude Hof te komen; hij zelf beloofde daar ook tegenwoordig te zullen zijn, om hen aan de vorstelijke personen voor te stellen. Ten bepaalden dage en ure kwamen op het Oude Hof de Schout, met de Burgemeesters Hanneman, Splinter en Stalpaert van de Wiele en de Secretaris Doublet, aan wien de taak was opgelegd, om het 'woord te voeren. Tot hunne verbazing vernamen zij, dat Heenvliet niet ten paleize tegenwoordig was; zij besloten dus eenigen tijd op hem te wachten, en om hun dien tijd te korten stelde de hellebardier van dienst hun voor, om in de antichambre de tapisseriën van het huis van Nassau te gaan bezichtigen. Gaarne namen zij dat aanbod van den vriendelijken hellebardier aan, die zich zelfs bereid verklaarde hun als cicerone te dienen. Terwijl zij daar in de zaal rondwandelden, kwamen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 232