134 VAN PRINS WILLEM III. factie gelijk men haar smalend placht te noemen stak het hoofd weder op uit de verdooving waarin haar de slagen van 1672 hadden gebracht: hooge woorden vielen in de vergadering der Staten, pogingen werden beproefd om het gezag des Stadhouders te ondermijnen 1); ook ontbrak het niet aan duistere aan wijzingen omtrent ongeoorloofde verstandhouding te Dordt, te Amsterdam met den vijand onderhouden 2). Zoo was de stand van zaken, toen op het eind van Juli 1678 de Prins zich naar het leger begaf. Even te voren was men te Nijmegen op het punt geweest te sluiten, toen was de onderhandeling weer blijven stokken 3). Nu was men in het onzekere elk oogen- blik kon zoowel de vrede geteekend worden als de geheele onderhandeling zijn afgesprongen. In die dagen van slingering leverde de Prins slag, en. zooals gezegd is, overwon hij: dat gebeurde op 14 Augustus; den 1 len te voren, des avonds laat, was te Nijmegen geteekend. Veel is vroeger en later gestreden over de vraag of het Willem III bekend was dat de vrede gesloten was, toen hij dien slag aanbood. Zijn tegenstanders, dat spreekt van zelve, hebben niet nagelaten dat hoogelijk te verzekeren, doch men mag wel vragen of de om standigheid dat in deze het eerst een blaam op den Prins is geworpen door fransche diplomaten, als d’Avaux, 1) Journaal van Huygens, Aanteekening op 31 Juli 1678. 2) Journaal van Huygens, Aanteekeningen op 21 April 1677, 28 en 29 Juli 1678. 3) Journaal van Huygens, Aanteekening tusschen 19 Mei en 26 Juli 1678: „Depuis ce 19 jusques au 26 de Juillet je fus a la Haye, S. A. se tenant a Honslaerdyck et da.ns ce temps se firerit toutes les negotiations de la paix premierement a peu pres conclue et puis reculée”.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 269