196
HERINNERINGEN AAN KONING WILLEM II, ENZ.
j van Brussel zeggen,
deze Koninklijke resi-
Rouppe, oud Burgemeester van Brussel, Sylvain van de
Weyer en den Graaf van der Burch.
Het onderhoud duurde lang en men verspreidde
intusschen onder het volk het gerucht, dat de gezanten
waren opgesloten en de Prinsen niet de troepen binnen
Brussel zouden trekken. Toen werden er barricaden
opgericht en allen maakten zich gereed tot den strijd.
Des avonds om 10 uur kwamen de gezanten in Brussel
en werd de volgende proclamatie afgekondigd
Medeburgers
Het hoofd der burgerwacht is op uitnoodiging der
Prinsen voor hen verschenen, begeleid van de heeren,
Baron van der Smissen, de Hotton, Graaf van der
Burch, Rouppe en Sylvain van de Weyer, en hebben
daar, na het verlangen te hebben uitgedrukt dat de
Prinsen alleen in de stad zouden komen, de zekerheid
verkregen, dat de troepen de stad niet zullen binnen
trekken, alvorens er op de voorstellen, die hier achter
volgen, is geantwoord. Doch de Prinsen hebben aan
hunne intrede in de stad Brussel voorwaarden verbonden,
welke het hoofd en de andere leden der raad niet durven
toestaan, alvorens den algemeenen wensch des volks door
de Prinsen zelven gevraagd, te hebben geraadpleegd.
Daarom gelooft de Commandant zich verplicht, het
volgende stuk openbaar te maken, voorzien van de
handteekeniugen der twee Prinsen.
Gij kunt aan de goede burgerij
dat de Prinsen aan de poort van i
dentie zijn en hunnen armen openen voor allen, die zich
met hen willen vereenigen. Zij zijn bereid in de stad
te komen, omringd van dezelfde burgerij, en gevolgd
van de militaire macht, die bestemd is om den lastigen