229
KONING WILLEM II ALS KRIJGSMAN.
van de divisie Gort Heyligers leidde
tot de gevechten tusschen deze en het nagenoeg ver-
eenigde Maasleger bij Hechte], Helchteren en Hout-
hij af, zeggende niet gekomen te zijn als een Vorst
die hulde begeert, maar als handhaver der rechten van
zijn vaderland. Door eene in den nacht van 3 op 4
Augustus in de richting van het Scheldeleger afgezonden
lansierspatrouille ingelicht, dat de aanvoerder daarvan,
de Generaal de Tiecken de Terhove nog steeds niet
van stelling was veranderd, waarschijnlijk tengevolge
der bewegingen van het garnizoen der citadel van Ant
werpen en onze tegenover hem opgestelde le divisie,
kon de Prins den volgenden dag ongestoord de operatiën
doen voortzetten. Persoonlijk behield hij zijn hoofd
kwartier te Turnhout, om dat den 5de Augustus naar
Gheel te verleggen, waar toen ook het gros der le divisie
werd aangetrokken. Op den avond van dienzelfden dag
legerde de 3e divisie, na eenige gevechten bij Oostham
en Beeringen tegen den uitersten linkervleugel van het
Maasleger, nabij laatstgenoemde plaats.
De bewegingen der vorige dagen, door welke de
beide Belgische legerafdeelingen thans waren gescheiden,
waren steeds zoodanig geregeld geweest, dat wanneer
een dezer zich onverhoopt in beweging had gesteld hij
steeds op twee onzer divisiën in eerste linie zou zijn
gestooten, terwijl de overige gereed bleef om in tweede
linie op te treden of zoo noodig aan de andere vijande
lijke hoofdafdeeling het hoofd te bieden. Nu echter de
voeling met het Maasleger bij Beeringen was verkregen,
werd het noodig de nog achterzijnde reservedivisie aan
te trekken, waartoe op den 6de aan het grootste deel
van het hoofdleger een rustdag in de ingenomen stellingen
werd gegund.
Dat aantrekken