286
KONING WILLEM 111.
van een lokaal,
bestemd werd
en ander gereed,
de verbouwing
manége was
en hun godsdienst in
gaan naar het huis des gebeds,
het openbaar te belijden.
Vorstelijk mag met recht de gift heeten, die zijne
Majesteit verleende bij acte van schenking in dato 21
April 1853; waarbij het Manègegebouw in het Willems
park aan de Hervormde gemeente te ’s-Gravenhage werd
afgestaan, onder voorwaarde, dat het tot een kerkgebouw
voor de Gemeente zou worden ingericht en steeds in
gericht gehouden.
Met koninklijke edelmoedigheid werd later ook de
toezegging, bij dezelfde acte gegeven, vervuld, in het
door den Koning dragen van alle kosten van overdracht,
en het schenken van den sierlijk gebeeldhouwden
predikstoel en den daarmede overeenstemmende voor-
lezersbank, en van de kostbare en fraaie benoodigd-
heden voor Doop en Avondmaal.
Kerkvoogden wendden daarna alle zorgen aan tot
het vervullen van den wensch aan de Koninklijke
schenking verbonden.
De uitkomst getuigde van wélslagen.
Eene Commissie daartoe benoemd deed de verbouwing
plaats hebben naar de plannen van den architect E.
Saraber, terwijl later het schoone orgel, vervaardigd
door den Heer W. A. Kam te Rotterdam, geplaatst werd.
De kosten werden begroot op 135,000 gulden, en
werden gevonden uit 60,000 gulden aan giften, en
75,000 door geldleening.
Ongeveer October was een
De moeielijkheid van
dat oorspronkelijk voor
handig overwonnen.
De groote ruimte maakte het noodig, dat de kerk
in het middengedeelte moest geplaatst worden, en