299
van de acht afdeelingen
KONING WILLEM III.
T) Een aanmerkelijke som als men weet, dat op 14 Januari
te voren eveneens reeds een collecte in de Gemeente was
gehouden, die ruim f 11,000 had opgebraeht.
Op het liefdadig werk der collectanten dichtte W. J. van
Zeggelen, mede tot de Commissie behoorende, de volgende regels
De noodkreet klonk in 't bar getij,
De vloed bragt schrik en smarten;
Een liefdepenning vraagden wij
God opende de harten.
De taak door ons met moed aanvaard
Ze bragt haar loon ons mede
De gift op onze beê vergaard
Was ’t antwoord op die bede.
We vraagden met vrijmoedigheid
Aan armen en aan rijken,
En vonden veler hart bereid
In onbekrompen blijken.
Alleen in de Residentie bracht zij 76.000 gulden op,
waartoe de bewoners 52.500 gulden bijdroegen. 1)
Op 's Konings verjaardag werd den Vorst dan ook
terecht een eigenaardige hulde gebracht, binnen weinige
dagen, en in alle stilte voorbereid.
Een groot aantal ingezetenen
Een band door vreugde en rouw gesmeed
Heeft ons te zaam verbonden:
Vreugd, om veel deernis, bij veel leed,
Rouw, om geslagen wonden.
Dank roepen wij aan allen toe,
Die ’t meegevoel niet smoorden,
Die welgezind en weltemoê
Naar onze roepstem hoorden.
Hij, die de liefde in 't harte sticht,
Moog ’t lijden laafnis schenken,
Zoo blijv’ het werk door ons verrigt
Ons heilig bij ’t herdenken.