304
HENDRIK, PRINS DER NEDERLANDEN.
wil van den Algoede, schonk en ondersteunde waar hij
vermocht, terwijl zijne kalme bedaarde levenswijze, wars
van vertoon en veelzeggerij, eerbied afdwong.
Willem I, rekening houdende met de karakters zijner
kleinkinderen, besloot Prins Hendrik te bestemmen voor
het vak, van ouds de roem van Nederland'; een besluit,
dat Prins Hendrik’s volle sympathie kreeg, toen de edel
moedige zelfopofferende daad van Van Speyk ieders hart
deed gloeien voor de eer van Nêerland’s vlag.
De voltooiing van de Oosterdoksluis te Amsterdam
zou feestelijk gevierd worden. De nieuwgebouwde korvet
Argo juist herdoopt in Van Speyk moest de
doorvaart openen. Voor op het schip stonden de admiraal
der vloot Prins Frederik met de kleinzonen van Willem
I en Prins Adelbert van Pruisen, benevens een achttal
burgerweezen in half rood en half zwart costuum en de
geredden van de kanonneerboot Nu. 2 van Van Speyk.
Met vlaggen versierd, onder kanongebulder, voer het
schip, door een stoomboot gesleept, door de sluis het
dok binnen. Luide hoezee’s joelden heinde en verre,
en zoodra de gelegenheid zich aanbood, sprak de bur
gemeester van Amsterdam een gepast woord en gaf de
algemeene sympathie te kennen over ’s konings besluit,
waarbij Prins Hendrik was benoemd tot adelborst.
Prins Frederik nam het woord voor zijn jeugdigen
neef, zeggende, dat ’t ’s konings wil was zijn kleinzoon
alle rangen bij de marine te laten doorloopen, en dat
de daad van zelfopoffering van Van Speyk zeker het
zijne tot deze beslissing had bijgebracht.
Reeds in Mei 1833 bleken deze woorden ernstig ge
meend te zijn, toen de Prins als adelborst geplaatst
werd aan boord van Zr. Ms. fregat Nehalennia, en uit
den Helder naar zee vertrok, om de Spaansche havens