319
HENDRIK, PRINS DER NEDERLANDEN.
plotseling op, en vlak voor zich zag men de hooge
rotsen. Dadelijk werden de zeilen geborgen en juist
bijtijds lag het anker in den grond.
De manoeuvre besprekende, merkte de overste Bijl
de Vroe op: „als de mist niet op ’t juiste oogenblik
was opgetrokken, zou het fregat leelijk tegen de rotsen
geloopen hebbenwaarop Prins Hendrik antwoordde,
wijzende op het portret van de Ruyter: „zijn leven
leert, dat zeemansschap niet alleen is durven, maar
durven, gepaard aan weten. Ik wist dat er geen gevaar
was, want reeds vroeger had men mij hier verteld, dat
bij een wind als dezen, de mist door de zuiging om de
rotsen, van de onmiddellijke omgeving van het eiland
wegtrekt, zoodat men er altijd zicht heeft en gelegenheid
om te ankeren. En als ik ’t wist, dan kondet gij ’t
ook weten, meneeren!”
Behalve zelfvertrouwen, had hij een groot vertrouwen
in de handelbaarheid zijner schepen. Zoo zeilde hij o.a.
eens met een eskader vlak ouder de krijtrotsen van het
eiland Wightde koninklijke Engelsche familie wetende
dat Prins Hendrik zich onder de kust bevond, wuifde
hem toe met de zakdoeken. Men zeilde zwaar en helde
duchtig over stuurboord overmenigeen vroeg zich af.
moeten wij hier te pletter slaanMaar op ’t juiste
oogenblik werd er overstag gegaan, om de manoeuvre
later met hetzelfde succes te herhalen.
En later als schout-bij-nacht en admiraal niet meer
actief dienende op de vloot, bleef zijne belangstelling
in de Marine even groot; de prins liet zich geregeld
de mededeelingen van het zeewezen geven, las ze en
bleef bij Een bewijs daarvan vinden wij, toen hij aan
boord van de Valk was om tegenwoordig te zijn bij de
opening van het Suezkanaal. Vóór Alexandrië liet de