321 HENDRIK, PRINS DEK NEDERLANDEN. 1850 benoemde Z. M. Willem III zijn broeder tot Stadhouder in het groothertogdom Luxemburg. Voerde hij met kracht en beleid het scheepsroer, nu regent, toonde hij het staatsroer even machtig te wezenen zijne taak was verre van gemakkelijk, want sinds België van 18301839 de zaken in Luxemburg bestierd had, zag ’t daar droevig uit. Luxemburg behoorde tot den Duitschen bond en een Pruisisch regement was in de boudsvesting Luxemburg gelegerd. Nu de prins het onrustige zeemansleven vaarwel had gezegd, zijne tegenwoordigheid hoofdzakelijk geeischt werd op het veld vaar hij arbeidde, koos hij zich eene levensgezellin, en verbond zich in Mei 1853 in den echt met Prinses Amalia Maria da Gloria Augusta van Saxen Weimar-Eisenach. Zij was de dochter van den heldhaftigen hertog Bernhardt, wien men in de trophee in het Voorhout te 1s Gravenhage een aandenken gewijd heeft. Allereerst woonde het paar in het schoone lustslot te Walferdingen, in eene heerlijke omgeving; sinds 1865 veel op Soestdijk, welk lustslot door Koningin Anna Paulowna aan Prins Hendrik werd vermaakt. Met hart en ziel wijdde Prins Hendrik zich aan zijne Luxemburgsche taak, en begon met het noodzakelijkste, de bevordering van landbouw en veeteelt. Hij hielp eene landbouwvereeniging oprichten, presideerde aanvankelijk zelf de vergaderingen en stelde op zijn kasteel Berg voor de boeren eene stoomdorschmachine ten gebruike, terwijl hij elk jaar op eigen kosten de nieuwst uit gevonden landbouwwerktuigen liet komen, en dikwijls beteekenende sommen uit eigen kas beschikbaar stelde voor prijzen bij landbouwtentoonstellingen. Daarna werd de hand geslagen aan het onderwijs; in 1855 eene 21

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 459