325
HENDRIK, PRINS DER NEDERLANDEN.
maar de prins wist er den moed in te houden ®IIij
arbeidde mee voor de jeugdige maatschappij, diende
vaak zeer doeltreffende voorstellen in, en waarborgde
de renten eener benoodigde leening van niet minder
dan ruim drie millioen gulden.
Zoo schonk hij ook zijne medewerking aan de stichting
te Egmond aan Zee, ter verpleging van oude zeelieden,
behoorende tot alle gezindten. Hij kwam er voor over
en legde zelf den eersten steen en moest op aanhoudenden
aandrang wel toestaan, dat de stichting zijn naam zou
dragen.
En zoo ging hij voort, op elk gebied, in elke richting,
waar men hem riep, te komen, te zien, te geven en
mede te leven!
Den 24sten Augustus 1878 trad de prins voor de
tweede maal in het huwelijkthans met de dochter
van een broederszoon des ouden Keizers van Duitschland,
Prinses Maria van Pruisen; hij leidde haar Nederland
binnen met de woorden: „nu zult gij een land zien,
gezegend en groot door de vrijheid
Doch slechts kort was hem dit tweede echtgeluk
gegund.
De prins en prinses wenschten tegenwoordig te wezen
bij het huwelijk van Z. M. Willem III met Prinses
Emma van Waldeck-Pyrmont, doch eene lichte onge
steldheid des prinsen deed den lijfarts de reis afraden.
Oogenschijnlijk nam de prins in beterschap toe, en den
12don Januari ontving hij zelfs den heer von Block-
hausen, die Luxemburg bij het huwelijk te Arolsen
vertegenwoordigd had. Den volgenden dag onderhield
hij zich met zijne omgeving over zijne benoeming tot
admiraal der vloot met den titel van maarschalk, een
titel hem door den Koning bij diens huwelijksfeest