329
DE GROOTHERTOGIN VAN SAKSEN.
toen Prinses Sophie huwde met Karel Alexander, dien
kenner en beschermer van kunst en letteren, en haar
vast verblijf nam in Weimar met al zijne traditiën, nog
altijd een middelpunt voor letter- schilder- en toonkunst,
waar zij de herinneringen aan Wieland, Herder, Schiller
en Göthe nog levendig vond, waar zij Liszt leerde kennen
en zag ontwikkelen, om slechts één te noemen uit velen
der groote geesten die voor korter of langer verblijf te
Weimar toefden. Daarbij de nabijheid van Jena en
Eisenach, beiden in haar Groothertogdom gelegen, gene
met zijne wereldbekende hoogleeraren in wijsbegeerte
en natuurwetenschappen, deze met den Wartburg,
waaraan zooveel verheven herinneringen verbonden zijn.
De Groothertogin stelde inzonderheid prijs op de
werken van Shakespeare, wiens wereld- en menschen-
kennis, ons het leven schilderende zooals het is, tragisch
zoowel als komisch, haar zeer aantrok.
Opmerkingswaardig is het, dat Shakespeare in Enge
land bij zijn leven weinig geëerd, en tot lang na zijn
dood bijna niet gekend was. Eerst veel later, in het
midden der 18de eeuw, zijn zijne werken door Garrick,
kleinzoon van een naar Engeland uitgeweken hugenoot,
op het tooneel teruggebracht, en in de bewondering
van het Engelsche volk hersteld. Sedert dien tijd was
het voornamelijk de Duitsche kritiek, die aan Shakespeare
zijn verheven standpunt waarborgde.
De Groothertogin heeft vooral Shakespearè’s werken
leeren kennen en eeren door haar Engelschen leermeester,
den heer Marshall, die haar van Holland naar Weimar
vergezelde en tot in Imogen leeftijd haar vertrouwden
secretaris bleef Door zijn ontwikkelde kennis en breede
opvattingen van geest stond Marshal hoog bij de Groot
hertogin aangeschreven.