332 DE GROOTHERTOGIN VAN SAKSEN. Zij hadden weinig gezellig verkeer, doch betoonden veel liefde en eerbied voor den Groothertog en voor de Groothertogin, de navolgers in gewonen en in hoogeren zin van het Hof waar de groote Göthe had geschitterd. Men zag hen gaarne aan het Hof te Weimar, waar zij meermalen in kleineren kring verschenen, terwijl de Groothertog hen ook wel in het Göthe-huis bezocht. Toen de laatstoverblijvende, de oudste der beide broeders, Walther von Göthe, op 15 April 1885 stierf, (beiden waren ongehuwd gebleven) zou de wereld ver nemen, hoezeer hij aan waarachtige piëteit voor zijn grootvader, tevens groote wijsheid paarde, en hoe zulks de bron zou worden van eene weldaad voor Weimar en voor den roem van dat „Ilm-Athen,” maar ook voor de Duitsche natie en voor elkeen wien ware be schaving en hoogere ontwikkeling ter harte gaan. Hij vermaakte bij testament: Het Göthe-huis met zijne verzamelingen en kunst schatten aan. den Weiniarschen Staat, onder de be scherming’ waarvan, de dichter gewerkt had. Het tuinhuis met den tuin, de „Göthe-Garten”, dicht bij de stad aan het park, het kleine maar voor eeuwig gewijde plekje, aan den vorst wiens grootvader het eens aan zijn dichterlijken vriend schonk. Het Göthe-archief aan de Groothertogin Sophie. Het testament luidt daarbij als volgt „Es umfasst gedachtes Archiv die grosvaterlichen ,(v. Göthe’schen) Schriftstücke, Aktenstücke u. s. w., „ferner das Privatarchiv meines Grossvaters wissen- „schaftlichen, poetischen, litterarischen, administrati ven „und familiaren Inhalts, sowie alle von meinen Familien- „mitgliedern herrührenden personlichen Papiere, so weit „sie sich in dem gedachten Archiv vorfinden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 470