339 DE GROOTHERTOGIN VAN SAKSEN. Hierdoor en door de grootsche opvatting der Groot hertogin opgewekt, overtuigd dat die schatten van geest nergens beter konden zijn bewaard, schonken de klein zoon en de achterkleinzoon van Schiller, de heeren von Gleichen Russwurm, volgens hunne oorkonde van 7,10 Mei 1889: „das Schiller-Archiv, enthaltend dessen handschrift- „lichen Nachlass und Bibliothek, der Grossherzogin „zu Besitz und Eigenthum, der Fürsorge und dem „hohen Sinn Hirer Königlichen Hoheit Schutz und „Obhut dieses bisher von ihnen gehüteten idealen Erb- „schatzes des deutschen Volkes anvertrauend.” De Groothertogin plaatste dit kostbare geschenk in haar archief, van toen af „Göthe-Schiller Archiv” geheeten Dit breidde zich nu hoe langer hoe meer uit, door aankoop van nog ontbrekende handschriften en brieven van Göthe, vooral ook door schenking van talrijke belangrijke documenten, niet alleen uit Duitschland, maar ook uit andere landen, ook uit Nederland. Zoo kwamen, onder meer, in het bezit van het archief: het huisarchief van den kanselier von Müller, de akten van het Weimarsche Hoftheater uit den tijd toen dit onder de leiding van Göthe stond, alle brieven van Göthe en akten op hem betrekking hebbende uit het Weimarsche Staatsarchief, de letterkundige nalatenschap van Herder, brieven en handschriften van Wieland, de brieven van Göthe aan Lotte en Kestner, zijne brieven aan Carlyle, en laatstelijk nog bij de inwijding van het nieuwe archiefgebouw, de brieven van Göthe aan Frau von Stein, geschonken door de „Göthe-Gesell- schaft” en eenige andere kunstvrienden met den Keizer aan het hoofd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 477