382 HET TEGENWOORDIGE PALEIS IN HET NOORDEINDE, ENZ. 1) ’t Nieuwe Register 15361545 CasH. Cap10 Noord-Holland p. 72. R. A. vrouw kinderloos bleef, hadden zij den 24sten December 1539 den notaris Aiithonis Egberts bij zich ontboden om hun „vuyterste wille” in geschrifte te brengen. In dit testament bepaalden zij o. a. dat „nae toverlijden van de eerste overlijdende van hem beyden de langste levende van hem sal eewelicken ende erffelicken hebben ende behouden thuys in den Haeghe daer zij nv ter tijt inne woonen nietten boomgaert aen dat westeynde daeran gelegen ende anders allen zijnen toebehoren daertoe den huysraet, silver, goudt, gemunt ende onge munt, hoedanich die ter selver tijt bevonden sullen wordden. Daar zij op huwelijksche voorwaarden getrouwd waren „ende overmits de voorn, jouffr. Marie meer anbestorven is ende noch anbestorven mach dan den voorn. Willem Goudt”, bepaalden zij verder „dat indien zij storven sonder kindt ofte kinderen van hen beyden gecomen achter te laeten, de erfgenamen van den eersten overleden naer haer nemen souden alle alsulcke goeden als de eersten overleden ten huwelijcke gebracht hadde en oick all tgundt dat hem binnen staende huwelicke anbestorven is, mette helft van de goeden binnen staende huwelicke vercregen.” Door Willem Goudt werd voor zijn erfportie tot universeel erfgenaam benoemd Hendrik Goudt, den zoon van zijn broer Engel en door Maria van Greveroede jouffr. Anna van Chanu, de oudste dochter van haar zuster, de weduwe van Pieter van Chanu. Deze „Jouffr. Anna” kreeg ook al haar „cleederen, cleynodien, juweelen enz. „uytgesondert dat groote

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 517