Nauwelijks had Louise de Coligny zich in haar nieuwe
woning geinstalleerd of wij zien haar ijverig bezig voor
de stichting van een Fransche gemeente in den Haag.
Toen zij hierin naar wensch was geslaagd en de kleine
gemeente zich van de moederkerk te Delft had losge
maakt, was het voornamelijk aan haar tusschenkomst
te danken dat de beroemde predikant Johan Wtenbogaert
zich voor goed aan de jonge gemeente als voorganger
verbond.
De sympathieke weduwe van den Prins van Oranje,
die zooals de toenmalige Fransche gezant in den Haag
in zijn Memoires neerschreef„attirait par son angélique
bonté et cette parole douce et charmante tous ceux
qui l’approchaient”, bleef de eerste paar jaren rustig in
de residentie toeven.
In 1593 werd haar gezin aanmerkelijk kleiner, daar
twee stiefdochters voor goed de ouderlijke woning ver
lieten 2) en Prins Frederik Hendrik de Universiteit te
Leiden ging bezoeken.
Den 1 8en Januari reeds hadden de Staten van Holland
den jeugdigen Prins benoemd tot kolonel van een groot
regiment voetknechten van 20 vendelen, aangezien „hij
sal beginnen in de Universiteyt tot Leyden hoff te
houden” tevens werden hem op verzoek van de Prinses
„eenige pagies d’honneur van de Edelen van dese landen
bijgevoeght, opdat hij des te beter het naturel van de
ingezetenen deser landen mach aennemen”. 3)
E. Bourlier Eglise Wallonne de la Haye p. 15.
s) Louise Juliana v. Nassau, die te Dillenburg vertoefde, werd
20 Juni verloofd met Frederik IV, keurvorst van den Paltz,
terwijl het huwelijk spoedig hierop aldaar werd voltrokken.
Louise de Coligny gaf tevens haar toestemming om haar
zuster Emilia Antwerpiana mede naar Heidelberg te nemen.
3) Res. St. v. H. 1593 p. 20.
•101 HET TEGENWOORDIGE PALEIS IN HET NOORDEINDE, ENZ.