Langenberg huwelijksplechtigheid in den Haag 1 j in Maart wederom naar Prinses Elisabeth die het vorige jaar met van Bouillon was verloofd naar het altaar HET TEGENWOORDIGE PALEIS IN HET KOORDEINDE, ENZ. 405 Aan het einde van dit jaar maakte zij plannen naar Frankrijk te vertrekken, ,om hare particuliere saecken aldaer te mogen doen,” maar eerst in het voorjaar van 1594 kwamen deze tot uitvoering. Zij oordeelde het deze keer zelf beter dat Frederik Hendrik in Leiden zou achter blijven om zijne studiën niet te onderbreken, zoodat zij einde Mei slechts vergezeld van haar beide stiefdochters Elisabeth en Charlotte Brabantina de reis ondernam. De Staten hadden evenwel Frederik Hendrik vergund haar tot Zeeland te mogen vergezellen, In het begin van het volgende jaar keert de Prinses terug, om evenwel onmiddellijk weder op reis te gaan, maar nu naar Buren, waar haar oudste stiefdochter Maria den 7en Februari in het huwelijk trad met graaf Philips van Hohenlohe, vrijheer van Langenberg en luitenant-generaal in Staten dienst. Kort na - teruggekeerd, vertrekt zij Frankrijk om den hertog te geleiden. Einde Juli is zij weder in den Haag terug. Vermoeid van al dat reizen en trekken bleef zij nu rustig een jaartje in haar woning in het Noordeinde verblijf houden en zocht haar troost in het voeren van eene drukke correspondentie met haar kinderen en vrienden. In het najaar van 1597 heeft de hertog van Bouillon een diplomatieke zending naar den Haag. Einde Sep- 1) Henri de la Tour d’Auvergne, vicomte de Turenne, den bekenden neef der Prinses, die van zijn eerste gemalin het hertogdom Bouillon had geërfd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1899 | | pagina 540