409
HET TEGENWOORDIGE PALEIS IN HET NOORDEINDE, ENZ.
aan
J) ,T. Delaborde, t. II p. 56 en 57.
-) J. Delaborde, t. II p. 81.
frère; car il a si bien composé ses humeurs selon les
siennes, que c’est une mesme chose maar de liefde
voor haar zoon was er daarom nog niet op verminderd,
want toen Frederik Hendrik in 1604 als gouverneur
van de Vlaanische steden, die van de macht der Span
jaarden bevrijd waren, naar Sluis vertrok, ging zijne
moeder met hem mêe. Het ongezonde klimaat dwong
haar evenwel reeds in November terug te keeren. ,,Le
mauvais air” schreef zij den 20en uit den Haag
Aarssen „m’a causé une si longue et fascheuse
maladie, que je ne fais que commencer a m’en relever.” 2)
In den herfst van 1605 vertrok zij wederom naar
Frankrijk, haar zoon achterlatend in den dienst van
het vaderland.
De krijg tegen Spanje had langzamerhand een gun
stige wending genomen. De zegepralen van Maurits
hadden Spanje’s macht geducht verzwakt, schatten
gelds had de oorlog reeds verslonden, zoodat Philips
verlangend naar vrede uitzag. Dit verlangen naar rust
deed zich in de Nederlanden niet minder gevoelen,
de geldmiddelen raakten uitgeput, de verschillende
provincies deden krachtige vertoogen voor den vrede
hooren.
De beide machtige naburen, Frankrijk en Engeland,
met wie Nederland op vriendschappelijken voet stond
en die eveneens groot belang bij een stilstand van
wapenen hadden, boden hunne bemiddeling aan. Hen
drik IV zond in Mei 1607 le sieur Jeannin, le sieur
Buzanval en le sieur de Russy, als gezanten naar
Holland. Een van deze heeren, de Buzanval, de ver-