9
van hetgeen in de depóts onder hun beheer aan-
aan handschriften, archiefstukken, brieven, gedrukte
enz., alleen door laatstgenoemde goedgunstig werd
om opgaaf
wezig is -
stukken
beschikt.
Van de andere Commissies uit „Die Haghe” valt niet veel
mede te deelen.
De Commissie voor de Ridderzaal liet nog niets van zich
hooren, terwijl de Commissie voor de restauratie van de Assen-
delfttombe, hoewel reeds met vrucht werkzaam geweest zijnde,
nog geen rapport heeft ingezonden.
En wat de Commissie voor het Historisch Adresboek betreft.
haar Bestuur heeft gemeend aan dat van „Die Haghe” te
moeten voorstellen om bij gebrek aan belangstelling van de
leden voor hetgeen zij beoogt, die Commissie te ontbinden,
daar op de voorlaatste vergadering in het vorige jaar van de
10 leden slechts één lid en in de laatste bijeenkomst in dit
jaar geen enkel lid ter vergadering was verschenen.
Het is mij evenwel een bijzonder genoegen te kunnen eonsta-
teeren dat de Dames, die op het Rijksarchief de acten uit de
transportregisters extraheeren, daarmede met bijzonder veel
lust en ijver voortgaan, zoodat nu reeds 36 jaren door hen
zijn bewerkt.
Dit werk, hetwelk de basis zal vormen waarop het historisch
Adresboek moet worden opgetrokken, zal geregeld worden
voortgezet. Daar evenwel slechts twee personen eraan werken,
kan deze arbeid uit den aard der zaak slechts langzaam vorderen.
Eenige meerdere financieele steun van particuliere zijde ware
zeer gewenscht om eene spoediger afwerking te bevorderen.
Aan het slot van mijn verslag moet ik nog van een groote
teleurstelling gewag maken welke de vereeniging van de zijde
van het Gemeentebestuur ondervond en die reeds uit de
Dagbladen bekend zal zijn.
Het betreft n.l. de weigering van Burgemeester en Wethouders
op een verzoek van het Bestuur om bij gelegenheid van den
intocht van IIM. Koningin Wilhelmina een fraaie eerepoort
met tribunes voor de leden in het Korte Voorhout te mogen
oprichten.
Hoewel het Bestuur, door de aanvankelijke weigering niet
ontmoedigd, in een tweede request getracht had aan de bezwaren
van Burgemeester en Wethouders te gemoet te komen, werd
evenwel opnieuw een afwijzende beschikking ontvangen. Het
Bestuur heeft gemeend zich bij deze beschikking te moeten
neerleggen.
