13*
5) Dit kostbaar Nachtmaal-servies, is een geschenk van wijlen
Vrouwe Maria de Vriese, Douairière van den H.E.Geb. Heere
DE ST.-JACOBS-KERK TE ’s GRAVENHAGE.
„toeschrijven, zoo bestaan er nogtans voor dit gevoelen
„geene genoegzame gronden van zekerheid”. Voorts
•deelt hij mede de dispositie van- het orgel, dat in 1704
•door Stevens van ’s Gravenhage vervaardigd, in 1856
door B. J. Gabrij van Gouda werd vergroot en vernieuwd
en drie klavieren met vrij pedaal had.
30. J. L. Terwen deelt in zijn werk: „Het Koningrijk
■der Nederlanden” (verschenen in 1862) bladz. 212 al zeer
weinig omtrent de St. Jacobs-kerk mede. Zij is, zegt hij,
„92 ned. el lang en 47 el breed en wordt slechts door
„4 pilaren geschraagd. De hooge zeskante toren heeft
„eene lengte van 100 en eene breedte van 13.5 el, en
„bezit een speelwerk van 38 klokken; men heeft hem
„dezer dagen met de gothische kerk in overeenstemming
„willen brengen, zoodat beiden een schoon geheel zouden
„uitmaken, doch dit wordt nog om de groote kosten
„nagelaten, ofschoon de toren thans eene belangrijke
„herstelling ondergaat en het ontwerp tot geheel herstel
„der kerk nog niet opgegeven schijnt. Het 100 voet lange
„koor is zeer hoog en steekt ver boven het overige der
„kerk uit; het heeft een doorluchtig daktorentje, is door
„een houten staketsel van het schip afgeschoten en om
prangen met de wapenborden der ridders van het Gulden
„vlies, die hier in 1456 onder Filips den goede, wiens
„wapenbord afzonderlijk aan éenen pilaar hangt, eene
„vergadering hielden. De merkwaardigheid der kerk wordt
„nog vergroot, door dat hier de archieven der ned. herv.
„kerk bewaard worden, en
„avondmaals 4 gouden bekers
„2 zilveren vergulde kannen
„bezit”. x)
zij voor de bediening des
en 3 gouden schotels, met
en 2 dergelijke schotels