EEN BLIK OP ’s-GRAVENHAGE IN l8oo.
212
1) Berichtboekjes Rijksarchief. Mr. L. Ph. C. v. d. Berg,
’s Gravenhaagsche Bijzonderheden I.
Flament, die Franschman van geboorte en een voormalig
abbé was, werd naderhand de eerste bibliothecaris der
Koninklijke Bibliotheek. Hij overleed in 1829.
Van oudsher waren er hier te lande altijd vele herbergen
en wel hoofdzakelijk te ’s Gravenhage, dat onophoudelijk
door vreemdelingen van allerlei rang en stand placht
bezocht te worden.
Opmerkelijk is het dat er in de iye eeuw reeds onder
scheidene logementen in de residentie voorkomen, die
onder den zelfden naam nog heden in wezen zijn. We
zullen ons echter bepalen tot het geven van een staat
der voornaamste hotels en koffiehuizen, voor zoover die
in 1800 werden aangetroffen. i)
Logementen.
De Oude of St.-Joris Doelen, werd in het midden der
18- eeuw tot logement ingericht.
De Toelast, reeds in 1657 bekend.
De Gouden Leeuw, in de Hofstraat, reeds in 1692 bekend.
De Maréchal de Turenne, reeds in 1713 bekend.
Het Groot Keizershof, dat thans in den hoek van het
Buitenhof gehouden wordt, bevond zich toen op den
Korten Vijverberg.
De Twee Steden, op de Hofsingel.
De Gouden Leeuw, op het Buitenhof.
De Raad van Indië, op het Bleijenburg.
De Zeven Kerken van Rome, op het Spui.
Het Heeren Logement, in het Korte Voorhout.
Het Engelsch Parlement, in de Korte Pooten.
Plet Bossche Veerhuis, op het Spui.