AANTEEKENINGEN UIT HET OUDSTE ORDONNANTIEBOEK. 231
T595-
Joost Bijl, conrector der schole alhier, 50 guld.
„hem toegeleeght voor den aerbeyt ende diligentie
bij hem alreede gedaen int translateren van ver-
scheyden Spaensche en Italiaenschè geintercipieerde
brieven.
5 Jan. p. 149.
Johan van Holt, weerdt in de Cogge alhier,
666 pond 10 sch. voor „de teringen gedaen bij d’
heeren Affgesanten des Westphalischen Neder-
landischen Creysfursten ende Stende.”
20 April i56vs.
Dammas Goudt, 2) weerdt int Gulden Hoeffijser 3)
alhier, 487 pond 14 sch. voor „teringen gedaen
bij den heere Wolraden van Plessen, gesante van
den doorluchtichsten hoochgeboren vorst Frederick
Paltsgrave, Coervorst 4) etc.”
20 April p. iö6vs.
Anthonis van Cats, 5) 394 pond 6 sch. voor
„teringen gedaen bij de gesanten van den Prince
van Ludiek G) ten zijne huize.”
20 April p. I5övs.
t) Caspar van Heig en Henrick Schade brieven van credentie
overgeleverd 23 Januari.
2) „Weerdt” en vroedschap van den Haag.
3) Noordeinde w.z. het vijfde huis ten n. van de Molenstraat.
4) Brief van Credentie overgeleverd 20 Maart; vereerd bij
zijn vertrek met een gouden keten en een penning. (Res.
St. Gen. 24 Maart p. 125).
6) Burgemeester van den Haag, woont in ’t Noordeinde o.z.
6) „Franchois de Lonchin, heer van Flemale en Johan de
Merode, heer van Thian, gesandten van den Prince ende Staten
van den Lande van Luydich” (Luik); brieven van credentie
overgeleverd 13 Maart.