291 HAAGSCHE GEBOUWEN. Denk u Is er onlangs op mijn Immers ook hier geldt t) Zij die in revisie komen. Huygens. Hier bedoelt hij waar schijnlijk degeen die in eerste instantie verloren, en waarvan hij te voren gewaagt. Zij hebben zich hun ongeluk zelf te wijten. Meestal toch wordt bij revisie door den veroordeelde niets gewonnen. Niet onmogelijk, dat Huygens zelf een proces voor den Hoogen Raad verloren had, en in dit vers zich zelf verwijt hoe dwaas hij is geweest, en betreurt hoeveel slechter hij geworden is door de vermeerderde kosten. Ten allen tijde is het de gewoonte van dichters geweest, hun gemoedsbe zwaren in verzen lucht te geven. Suprema Curia. Hoogen Raed. Hoe gij mij noemen zult, vraagt gij nog verneem dan dat iedere rechter Steeds zich op mij beroept; gij kent dus mijn rang en waardij. het hoogste maar van het hooge. En toch, burgers, naam een leelijke smet ontdekt, voor hen die verloren, het spreek woord Dat ’t allerhoogste gerecht, vaak ’t hoogste onrecht ook is. Maar is het dan ook niet dwaas, dat men zelf zich ’t gericht op den hals haalt. Hoe vèr staat toch de natuur boven al wat de mensch heeft gevonden. Achhoeveel slechter maakt elk, zich telkens weer meer dan hij is. Ja de natuur was wel goed, die deed zien wie de win naar moest wezen, Maar even slecht is hij die veroordeelden raadt te herzien. 2) Ad eandem abstruso loco sitam. (De Hooge Raad achteraf geplaatst.) Overal staan hier de minderen vooraan, maar het Hoogste Gerechtshof

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1900 | | pagina 307