HAAGSCHE GEBOUWEN. 303 De Provinciën. 2) De valken worden daar met hondenvleesch gevoed. Huygens. 3) Ieder stad had bijna zijn eigen maat. ’t nakroost der brave lieden, Concilium Ord. Confoed. Belgii. Staten Generael-Camer. Laat de steden de beken zijn, en de volken zeven stroomen, Dan gelijk ik het meest op het bekken der Midd’landsche zee. Is een wijnstok het land, zijn de dorpen of steden de druiven, Laat de Provinciën ook sappige druiven zijn, Dan ben ik druivennat. Hier zou Aristoteles zeggen Gij staat tot haar gelijk het geslacht tot de soort, dat ’s uw lof. Maar dit alles zegt niets. Met zevenvoudige pijlen Samengevat in één klauw, verdedigt de leeuw hier zijn hof. Tracht niet met lampen den dag te verlichten’t pleit slechts voor onverstand. Prijst niet met woorden de zon. Hier is uw Vaderland Falconarium Principis. Valck-huys. Veracht mij Burger niet, ’k leef overal gezond, En kan ik in de wolken niet te gast gaan, Dan weid ik op den grond.2) Vlieg ik, dan vreest de vogel mij met reden En vlieg ik niet, dan ben ’k met hondenvleesch te vrede. Libra. Waghe. Dat ieder zich met eigen voeten mete, is recht 3) Maar dat een elk zijn eigen wicht kiest, dat is slecht. Dat nimmer een logge Bataaf hier te licht ooit worde bevonden. Bedrog alleen laat ik niet vrij. Mijn waghe bestraft hier de zonde. Wees-huys. vertrouwt op Orphanotrophium. Trouwt maar gerust, en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1900 | | pagina 319