HAAGSCHE GEBOUWEN. 3II Js Princen Magazijn. Ising spreekt in ’t Flaagsche Bin nenhof biz. 41 en 42 van een Wapenhuis, dat achter het Hof aan de Hofgracht gelegen was in 1645. Allicht is dit bedoeld. Later gingen de wapenen vermoedelijk met Amalia van Solms over naar ’t Oude Hof, waar Voltaire ze in 1740 op de zolders zag slingeren en er een geestig vers op maakte (zie Corr. Tom. IV) dat hij aan Frederik de Groote zond. Waar ze later gebleven zijn is niet zeker. De Heer de Bas vermoedt dat ze wel bij de verzameling van Willem V op ’t Buitenhof te vinden geweest zijn. Worp. vs. 1. Solius. M. D. unius ab. Js Princen Picqueersclmur. De Rijbaan van den Prins was volgens Bor (1621) naast de stallen op het Buitenhof. De Raad van State bevond zich in de nabijheid van het welbekende Torentje. De Provinciale Raadkamer van Holland, is thans het gebouw der Eerste Kamer. Regel 5. W. sopitos. M. D. cubantes. De Rolle was de rechtszaal gelegen achter de Ridderzaal. Ising spreekt voortdurend van het Rolgebouw. Huygens maakt een toespeling op het woord in zijn vers. Nog altijd is het woord „rol” bij de rechtbank in gebruik. De vraag is waarvan dit woord is af te leiden. Oorspronkelijk was het zeker de Rotula of Rotulus waarop de perkamenten gerold waren. De Israëlieten spreken altijd van een wets rol, de Rotulus placitorum is een Regestum curiae in quo referebantur lites, judicia et decreta. In later tijd schijnt het woord Rol te zijn overgegaan op het gebouw waarin gepleit werd, en wel meer in het bijzonder op dat gedeelte waar de rechtsgeleerden zaten, en dat door een houten schut was gescheiden van de plaats waar het publiek toegang had. (Zie de Riemer blz. 121). We lezen bij Ising dat bij gelegenheid dat Willem II zitting nam op de rol, zooals men zich toen uitdrukte, voor personen van

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1900 | | pagina 327