HET KORTENBOSCH.
357
dat een-
Rechts van de poort langs het Kortenbosch, deed
J. J. Luberti in 1845 op een strook gronds, welke hij in
erfpacht had, een rij huisjes verrijzen.
In het middenste van deze rij werd het volgende versje
met vergulde letters in steen uitgehouwen, hetwelk nog
de aandacht der voorbijgangers trekt
„Men bouwt en breekt de wereld rond,
Én alles op een wrakken grond
Die ons eenmaal zal begeven.
Alleen die bouwt op Sions steen
Heeft 't ware fondament alleen
Tot het eeuwig zalig leven.”
Op het einde van de rij staat nog in het laatste huisje
in steen gebeiteld„Lust tot Rust.”
Bij het bouwen van de Zuid-Hollandsche Bierbrouwerij
in 1880 door den heer L. Kirchmann, werden aan den
Noordwal eenige kleine lage huisjes of schuurtjes, die
op den grond van Kortenbosch hadden gestaan, afgebroken.
In den oostmuur van een dezer gebouwtjes ontdekte
de heer J. H. A. Mialaret, directeur van het Museum
van Kunstnijverheid, vijf rijk geprofileerde gemetselde
boogjes in Tudorvorm van rooden baksteen.
Deze boogjes waren zooals de heer Mialaret ons
mededeelt meesterstukjes van metseltechniek; de bak
steenen waren uit de hand geslepen en bijna zonder
metselspecie tegen elkaar gelegd en in zulk een vol
komenheid dat een bekwaam bouwkundig teekenaar ze
niet strakker en zuiverder op het papier had kunnen
brengen. Alle profielen waren verschillend.
Doel hadden deze boogjes niet, want zij hadden geen
opening onder zich en liepen niet eens door de volle
dikte van den muur; de oorspronkelijke middelpunten
waren op het oude muurwerk nog te vinden.
Waarom deze doellooze kostbare boogjes aan