30 HET GARNIZOEN VAN ’s-GRAVENHAGE. Maart 1766, de Veldmaarschalk prins Lodewijk van Bruns- wijk-WoIffenbuttel tot October 1784, de erfstadhouder zelf tot Januari 1794 en eindelijk de Generaal-Majoor C. V. van Boetzelaer tot in het begin van 1795. Gekleed in blauwe rokken met gouden of vergulden bezetsels en roode uitmonstering en gele vesten en broeken en van 1788 tot 1793 in roode rokken, maakte het eskadron op zijne schimmels en kleurrijke schabrakken eene schitterende vertooning. De commandant, de luitenants, de cornet, de guidon en de exempts hadden den rang van opper- of van hoofdofficier; de onderofficieren brigadiers en sous-brigadiers - dien van ritmeester of luitenant. Met den poocker (pauker), de trompetters, de chirugijns (toen nog een zeer minne betrekking, tevens belast met het baardschrappen), den pikeur, den solliciteur en de verdere gardes, telde het geheele en 174 paardenhoofden. De aan den Denneweg en zij (rekenplichtige) eskadron 165 menschen- Gardes du Corps woonden aan den Denneweg hadden hun stal nabij de Dennewegsbrug. Ook bij de Cent-Suisses, eene instelling van Prins Willem IV, droeg iedereen een hoogeren rang dan in het leger. Hun prima-plana (kader) bestond uit een com mandant (kolonel la Sarraz), 2 luitenants, 3 exempts, 3 korporaals, 1 tamboer, 1 pijper, 1 chirurgijn (let op de volgorde) 1 secretaris en 1 provoost. Voor de rest bestond de helft uit aktief dienenden en de wederhelft uit gepensionneerden, welke laatsten alleen bij plechtige gelegenheden opkwamen om de opmerking van vitters te voorkomen, dat het getal 100 niet aanwezig zou zijn. Zij waren gekleed in r6e eeuwsch kostuum, waarbij oranje, rood, wit en blauw de hoofdkleuren vormden. De Helle- bardiers, ten getale van zes, waren eveneens in i6e eeuwsch kostuum gekleed met een in goud geborduurd prinsenwapen op borst en rug.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1900 | | pagina 39