32
2
i) Wat in de kleeding der minderen in het zilver of in het
wit was, hadden de officieren in het goud of verguld.
3". het regiment Hollandsche Gardes te Voet van
bataljons, elk van i grenadier- en 6 musketier-compagnieën
(1316 hoofden). Commandanten: Lieutenant-Generaal
P. W. van der Duyn, Veldmaarschalk Lodewijk van
Brunswijk Wolffenbuttel tot October 1784 en Willem
Frederik erfprins van Oranje en Nassau (oudste zoon
des erfstadhouders) tot in het begin van 1795.
40. het regiment Zwitsersche Gardes van 8 musketier-
compagnieën (1200 hoofden). Commandant: de Erfstad
houder en onder dezen achtereenvolgens Generaal-Majoor
(later Lieutenant-Generaal) F. May tot Mei 1776, Generaal-
majoor (later lieutenant-generaal) C. F. Sandoz tot Juli 1793
en lieutenant-generaal F. L. Hess tot aan de ontbin
ding in 1796.
Al deze garde-regimenten waren smaakvol gekleed,
der achttiende eeuw waardig, in het blauw met witte
belegsels en roode uitmonstering, de ruiters met gele
vesten en broeken, de voetgangers met witte. De hoofd-
hadden rang van generaal of kolonel, de
en kapiteins dien van luitenant-kolonel, de
dien van kapitein, de cornets en vaandrigs
luitenant. De opgegeven getallen duiden de
zeer met de werkelijkheid in
HET GARNIZOEN VAN ’s-GRAVENHAGE.
officieren
ritmeesters
luitenants
dien van
organieke sterkte aan, die
strijd was.
De meeste gardes bewoonden huisjes aan den Noordwal
of Buitensingel; anderen waren commensalen bij burger-
menschen, want kazernes kende men vóór 1795 nog
niet. Om zich te vereenigen waren loop- of alarmplaatsen
aangewezen, als voor de Gardes Dragonders de Kalver
markt, voor de Gardes te Paard het ie eskadron, de