45 HET GARNIZOEN VAN ’s-GRAVENHAGE. Door een der regimenten te voet werd een wacht geleverd als de Fransche comedie eene uitvoering gaf, wat in den regel op Dinsdag en Vrijdag het geval was. Wij weten nu, wat de dagelijksche dienst van de Huistroepen en van het verdere garnizoen der Residentie vorderde. Vele bijzonderheden van zeer gewonen en van buitengewonen aard, die een eigenaardig licht werpen op het tijdperk en voor menigeen onbekend zullen zijn, moeten ter wille van de plaatsruimte in de pen blijven, maar volledigheidshalve dient tenminste nog iets gezegd te worden van de eerbewijzingen door de wachten in acht te nemen, zooals die door Liernur zijn opgeschreven. Wanneer, op haren marsch naar de Oranjezaal, de wacht Hare Koninklijke Hoogheid de Prinses Anna of de Vorstelijke kinderen tegenkwam, dan werd onder het marscheeren gesalueerd, doch bij het afkomen van de wacht werd, zonderling genoeg, geen ceremonie gedaan. De Grenadierswacht kwam alleen „in het geweer” voor de Prinses en de Vorstelijke kinderen, voor wie de ge weren gepresenteerd werden en de trom geroerd, terwijl zij „bij ’t geweer” kwam dat is dus zonder het geweer in de hand te nemen als de Cent-Suisses hunne parade hielden. De wacht aan ’t Comedie-huijs presenteerde alleen het geweer bij het binnenkomen van de Koninklijke of Vorstelijke personen, maar daarbij werd geen trom geslagen. Alle andere kleine wachten presenteerden het geweer voor de Koninklijke en Vorstelijke personen en ook voor de Hoofdofficieren van het regiment; voor de visiteer- rondes kwamen zij uit met het geweer op schouder. Wat eindelijk de Hoofdwacht betreft, de voor deze voorgeschreven eerbewijzingen kon ieder, die er mede te maken had, behoorlijk lezen op een bord in het wacht lokaal. Als een staaltje van toenmalige militaire taal en stijl, verdienen ze een volledig afschrift

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1900 | | pagina 55