97 PRINS WILLEM III IN BETREKKING TOT DEN HAAG. landsche ministers werden verwelkomd. Met het branden van vreugdevuren en het afsteken van een fraai vuurwerk op den Vijver werd de feestdag besloten. De oorlog was op dat oogenblik nog niet afgeloopen, maar er was toch reeds sprake van vrede. Een talrijk congres was bijeen te Nijmegen, waar, onder bemiddeling van Engeland, heel langdradige vredesonderhandelingen werden gevoerd. Naar den smaak van den Prins was die onder- handeling niet; zijns oordeels moest een bepaald voordeel op den vijand behaald worden, alvorens aan vrede mocht worden gedacht. Maar de Staten waren van meening dat voor alles een einde aan den oorlog moest worden ge maakt om de geheele uitputting des lands te voorkomen die tegenstrijdige gevoelens leidden allengs tot hooggaande geschillende anti-stadhouderlijke partij begon het hoofd weder op te steken, i) de Prins moest zorgen zijn gezag te handhaven; in den zomer van 1678 kwam het in de Staten-Vergadering tot heftige tooneelen. 2) Maar toch, ofschoon te Nijmegen krachtiger dan te voren aan den vrede gearbeid werd, toog de Prins nogmaals te velde, 3) ten einde een laatste poging aan te wenden om de oor- logsfortuin te dwingen en ditmaal niet te vergeefs in den slag bij St. Denis bleef hij overwinnaar. Tegelijker- Lady Chaworth schreef aan Lord Roos op 21 Maart 1678: „the Princesse of Orange (is) gone from the Hague to Antwerp, out of feare of the dead De Wit’s faction, which grew very high”. The Duke of Rutland’s Manuscripts, uitgegeven door de Royal Commission on Historical Manuscripts, Vol. II., p. 48. 2) Brief van den pensionaris van den Bosch aan d’Estrades, 8 Juni 1678, bij Mignet 1.1. IV., bl. 584. 3) Niet duidelijk is de bedoeling van Temple in zijn brief aan Hyde, van 29 Juli 1678 „There never was so desolate a place as the Hague at this time, and yet I was content the Prince should go” enz. The correspondence of Lawrence Hyde Earl of Rochester enz. ed. bij S. Weller Singer, 1828, bl. 22. 7

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1901 | | pagina 107